Universitair onderzoek naar kleptokat

/ juli 26, 2024

Twaalf jaar geleden vonden wij elkaar. Lotje en ik. Wie wíe vond laat ik voor het gemak maar even in het midden. We maakten beiden een wat moeilijke periode door en hadden behoefte aan iets zachts, iets liefs. 

Ik had daarom besloten een kattenkind te adopteren en toog daarvoor naar een nabijgelegen dierenasiel. In mijn gedachte zou het een rode kater worden. Zo’n grote zachte en t.z.t. ook je-weet-wel kater. Model theemuts. In de ruimte liepen, lagen en sliepen 10-tallen kittens. Gefocust op mannelijk rood was ik blind voor vrouwelijk zwart. Maar zij zag mij wel. Het tengere zwarte poezendametje met enorme oren keek mij vanaf haar hooggelegen positie indringend aan. En even later lag zij als een stokbroodje op mijn arm terwijl ik, nog naarstig zoekend naar een rood katertje, tussen de krioelende kittenmassa rondschuifelde. Lotje, geduldig op mijn arm, wachtte rustig af. Ze gaf me alle tijd om tot inzicht te komen. Vaak ligt dat wat je nodig hebt binnen handbereik. Zo ook nu. Zij opende mijn ogen en met een blik van herkenning gaven wij elkaar het Ja-woord.

Vanaf haar prilste jeugd brengt Lotje mij de meest bijzondere geschenken. Waar menig kat met een muis of gevogelte thuiskomt, brengt zij mij sokken, handschoenen, schoonmaakdoekjes, kinderspeeltjes, handdoeken en wat dies meer zij. Alles wat in de wijde omtrek van huis losligt en voor haar vrij verkrijgbaar is, krijg ik cadeau. 

Toen ik ten tijde van corona stukjes over haar en dit bijzondere fenomeen begon te schrijven was de belangstelling overweldigend groot. Radio en televisie en kranten stortten zich op het kleine kleptokatje, dat zich angstvallig schuilhield wanneer er weer een cameraploeg over de vloer kwam. Er bleek een grote behoefte aan iets anders dan de harde werkelijkheid van een virus dat de wereld in greep had. Men wilde iets liefs, iets zachts. Iets onschuldigs als een klein katje met een bijzondere eigenschap. Zo ontstond het blog www.lotsoflotje.nl en ook kreeg zij haar eigen facebookpagina. Ze werd een bekend poezendametje.

Mijn verhaaltjes over Lotje werden grif gelezen. En ze toveren sindsdien een lach om de mond bij de lezers. Toch vroeg ik mezelf na verloop van tijd af of er nog wel behoefte was aan de kleine stukjes over een stelend katje. Immers corona lag alweer wat jaren achter ons en de mens vergeet snel. Bovendien is de spanningsboog van aandacht veelal kort. Tel daarbij op de verveling en de roep om nieuwe prikkels en zie daar mijn vertwijfeling of ik door moest gaan met het schrijven over alle lotgevallen.

In de bijkeuken stonden twee overvolle tassen met de verzamelde gestolen waar van een aantal maanden. In een laatste poging deze geschenken weer terug te geven aan de rechtmatige eigenaren besloot ik alles op het terras uit te spreiden en een vlogje op facebook te plaatsen. Binnen 5 minuten was het RTV Drenthe die als eerste aan de telefoon hing. Of ze weer langs mochten komen voor een interview over Lotje en haar niet aflatende kleptomanie. Een hoogleraar van de universiteit van Leiden was zo geïntrigeerd door stelende katten dat hij had besloten hier een onderzoek naar te gaan doen. Lotje is een fenomeen uit Assen maar wereldwijd blijken er nog meer katten met dit virus te zijn besmet. Toch blijft het een bijzonder verschijnsel dat veel vragen oproept. De dagen en weken daarna was Lotje onderwerp van gesprek in menig radio en tv programma. Ook landelijke kranten schreven over haar en haar soortgenoten.

In een onrustige wereld is er de roep om iets liefs en zachts. Iets wat vertedert. En dat doet Lotje. Net als 12 jaar geleden toen ze op mijn arm kwam liggen en ik haar in mijn hart sloot. Er is behoefte aan lots of Lotje. Ze maakt het leven lief en zacht. Ik ga maar rustig door met schrijven.

Brunhilde Kuijper

Deel dit Bericht